Avantium maakt zich op voor een herstart. Het bedrijf dat vijf jaar geleden met goede moed naar de Amsterdamse beurs ging, heeft bij beleggers nog maar weinig indruk kunnen maken. De maker van plantaardig plastic draaide ieder jaar verlies. Onlangs kondigde Avantium aan om via een aandelenuitgifte 45 miljoen euro op te willen halen bij beleggers.
PEF, dat is het acroniem waar alles om draait bij biochemiebedrijf Avantium. Het bedrijf ontwikkelt dit plantaardige alternatief voor het ouderwetsere plastic materiaal voor plastic flessen. De vergezichten die topman Tom van Aken bij de beursintroductie schetste, zijn niet uitgekomen. Het eerdere plan om samen met BASF een grote fabriek neer te zetten, mislukte. Vijf jaar, miljoenenverliezen, en twee aandelenemissies later noteert het aandeel op vijf euro, minder dan de helft van de uitgiftekoers.
Na 10 jaar testen in een proeffabriek start Avantium in april met de bouw van de eerste fabriek. Die moet aantonen dat het maken van de grondstof commercieel lucratief kan zijn. In Delfzijl moet een fabriek komen die per jaar 5000 ton FDCA kan produceren, de belangrijkste grondstof voor het biologisch afbreekbare plastic PEF.
Een flesje van PEF is voor een leek vrijwel niet te onderscheiden van PET – het plastic waar onder andere cola- en sapflessen van wordt gemaakt. Van Aken wijst vooral op de verschillen. Zo is het materiaal sterker en de doorlaatbaarheid van gassen lager. Vooral dat laatste zou een voordeel moeten zijn. Sinaasappelsap verpakt in PEF-plastic zou daardoor langer houdbaar moeten zijn.
De belangrijkste uitdaging is om de bouwsteen van plantaardig plastic, FDCA, op grote schaal tegen lage kosten te fabriceren. De geplande fabriek in Delfzijl, waarvan de bouw deze maand begint, dient hiervoor als lakmoesproef. De volgende stap voor het bedrijf is om vervolgens licenties te verkopen aan partijen die de grondstof zelf gaan produceren in eigen fabrieken. De aanloop is lang, de investeringen hoog en succes niet verzekerd.
Bestuursvoorzitter Tom van Aken, sinds 2002 de hoogste man, geeft op een chemiepark in het Limburgse Geleen waar Avantium al een proeffabriek heeft tekst en uitleg bij zijn plannen.
De voordelen zijn wel duidelijk. Maar wat zijn de nadelen van dit product waardoor commercieel succes tot nu toe is uitgebleven?
‘Dat het materiaal zo nieuw is. Dit leidt tot grote uitdagingen om het product in de markt te zetten. Zonder aanbod is er immers geen vraag, en zonder vraag geen aanbod. Avantium moet dus een keten – chemische industrie, verpakkingsindustrie, consument en toezichthouder – overtuigen dat het een goed idee is om PEF te gebruiken.
De consument vraagt om milieuvriendelijkere oplossingen. Toch zijn de grote chemische bedrijven behoudend en risicoavers. Het gebeurt niet vaak dat er een volkomen nieuw plastic op de markt gelanceerd wordt, hooguit eens in de 10-20 jaar.’
Komt dat doordat het productieproces moet worden aangepast om PEF te produceren, met forse investeringen tot gevolg?
‘Nee, eigenlijk kan PEF grotendeels met dezelfde techniek worden gemaakt als PET. In ieder geval kunnen de huidige fabrieken met minimale aanpassingen het plastic maken. De investeringen moeten met name gedaan worden om de bouwsteen van PEF te maken, FDCA. Het probleem is meer dat de grote bedrijven conservatief zijn en niet snel omschakelen naar nieuwe producten. Maar we verwachten dat onze fabriek op commerciële schaal meer bedrijven kan overhalen om op grote schaal FDCA en PEF te produceren.’
Hoe ziet de kostprijs van PEF eruit ten opzichte van PET?
‘Op de huidige schaal is PEF duurder dan PET. Maar doordat PEF sterker is en een betere barrière met de buitenwereld vormt, is minder van het materiaal nodig om dezelfde fles te maken. Uiteindelijk verwachten wij dat in de toekomst dus weinig tot geen kostenverschil bestaat tussen PET en PEF. En dan zal PEF wel goedkoper worden dan andere verpakkingsmaterialen, zoals glas en aluminium.
Op de huidige schaal is PEF nog wel duurder dan PET. Daarom zoeken we naar toepassingen waar PET eigenlijk niet voldoet. Denk hier aan vruchtensappen die veel langer houdbaar zijn in een PEF-fles.’
Hoe vergevorderd zijn uw concurrenten met PEF?
‘De concurrentie heeft een behoorlijke achterstand op Avantium. Een joint venture van DuPont en ADM Chemical ontwikkelt ook een manier om PEF te produceren, maar deze poging heeft onder meer vertraging opgelopen door de fusie van Dow met DuPont. Ook Stora Enso doet een poging, maar is veel minder ver. Het Scandinavische bedrijf is bezig een proeffabriek te bouwen. Avantium test al 10 jaar in zo’n fabriek, en gaat nu dus voor de volgende stap. We hebben dus een voorsprong op de concurrentie, en we hebben een sterkte patent positie gebouwd, waardoor het veel lastiger is voor nieuwe concurrenten.’
Van Aken wees op de fabriek die in 2024 operationeel moet zijn en een capaciteit krijgt van 5000 ton FDCA. Dat is 5 miljoen kilo aan plasticgrondstof – een veelvoud van de paar duizend kilo die Avantium nu produceert in een veel kleinere proeffabriek. Met het FDCA uit de nieuwe fabriek kunnen naar onze schatting jaarlijks ruim 200 miljoen halve literflesjes worden geproduceerd.
Op wereldschaal mag dit nauwelijks naam hebben. De productie van grondstoffen uit de nieuwe fabriek is omgerekend goed voor 0,02 procent van de wereldwijde markt voor PET-flessen. De gemiddelde PET-fabriek is al snel een factor honderd groter dan de faciliteit die Avantium nu in Delfzijl gaat bouwen.
Voor PET is de prijs per kilo onder normale marktomstandigheden iets minder dan een euro. De kiloprijs van Avantiums nieuwe fabriek ligt op 8 tot 10 euro – dat komt neer op circa 20 cent per flesje (met dezelfde hoeveelheid materiaal als bij PET). In de praktijk zullen de kosten wat lager liggen, omdat wat minder materiaal nodig is. Desalniettemin heeft Avantium al afnemers gevonden voor de helft van de capaciteit van de fabriek, waaronder bottelaar Refresco.
Hoe ziet het contract met Refresco eruit? Waarvoor gaan zij jullie materiaal gebruiken?
‘Refresco, een van de grootste bottelaars van dranken ter wereld, gaat PEF in eerste instantie gebruiken voor flessen met verse vruchtensappen. De fles vertegenwoordigt maar een relatief klein deel van de kostprijs van het product, en het huidige PET heeft eigenlijk niet de gewenste eigenschappen. Doordat PET relatief veel zuurstof doorlaat, oxideert het sap, waardoor de smaak en kwaliteit snel achteruit gaat. PEF houdt het zuurstof veel beter buiten, waardoor de houdbaarheid toeneemt en de kwaliteit wordt verbeterd. Dat heeft invloed op smaak, het vitamine-C gehalte en met PEF hoeven ze geen conserveringsmiddelen toe te voegen. Dat past dan weer heel goed bij de voorkeur van de consument die steeds meer vraagt om natuurlijke en pure producten”.
Ook met andere partijen voeren we gesprekken en maken we afspraken. We kunnen niet over alle gesprekspartners informatie naar buiten brengen, maar meer dan de helft van de productie van de fabriek in Delfzijl is al gedekt met afnamecontracten met verschillende partijen.’
De eerdere fabriek die met BASF gepland stond zou een capaciteit krijgen van 50 duizend ton. Waarom bouwt u nu een fabriek van slechts 5 duizend ton?
‘De fabriek die vanaf april wordt gebouwd, is relatief klein. Maar voor Avantium heeft hij een grote betekenis. Als de fabriek naar wens draait, laat dat zien dat op commerciële schaal FDCA – de grondstof voor PEF – kan worden geproduceerd. In deze industrie is de minimale grootte die nodig is om dit aan te tonen 5000 ton.
Een grotere fabriek had ook gekund. Daarmee zouden we dankzij schaalvoordelen producten maken tegen een lagere kostprijs. Maar het is ook duurder om een dergelijke fabriek te maken. Voor Avantium heeft dat niet heel veel zin; wij zijn er niet op uit om zelf grote fabrieken te bouwen, dat laten we liever aan de grote chemische en industriële bedrijven over. Zij hebben de kennis en kunde om zulke fabrieken te laten draaien.
Van Aken wijst hier op een belangrijk fundament van het nieuwe verdienmodel: licenties. Daarbij komt het er in feite op neer dat Avantium aan een partner precies vertelt hoe een fabriek optimaal ingericht moet worden voor de productie van FDCA, inclusief het volledige recept met ingrediënten, verhoudingen, en stappen in het productieproces voor de grondstof. Die partner bouwt dan de fabriek waarmee op grote schaal FDCA geproduceerd kan worden. In ruil daarvoor hoopt Avantium 3 procent tot 6 procent van de omzet af te romen als vergoeding voor het ter beschikking stellen van zijn intellectueel eigendom.
Een andere belofte op de beurs, Accsys, richtte zich ook op het licentiemodel, maar dit bleek niet te werken. Veel emissies en fikse koersdalingen later moesten ze zelf geld verdienen met fabrieken. Waarom zou het licentiemodel bij Avantium wel werken?
‘Binnen de (petro)chemische industrie is de bouw onder licentie gebruikelijk. Grote spelers zoals Eastman Chemical Company en BP geven licenties uit aan andere partijen, die op hun beurt PET-fabrieken bouwen. Bij vrijwel alle grote PET-fabrieken die de afgelopen jaren zijn gebouwd werd het licentiemodel gebruikt.
Het duurt nog wel even voor de bouw van de fabrieken onder licentie kan worden gestart. Daarvoor moet een aantal kwartalen aan data uit onze eigen faciliteit beschikbaar zijn. Over iets meer dan twee jaar moet de fabriek operationeel zijn, dus in de loop van 2024 of begin 2025 hebben we deze data waarschijnlijk voor handen.’
Heeft u al gesprekken met mogelijke afnemers van licenties?
‘Wij zijn met een aantal partijen in gesprek. Individuele namen kan ik nog niet noemen, maar de interesse komt met name uit de chemische industrie, bedrijven die actief zijn in de suiker en zetmeelindustrie en – in mindere mate – plasticsbedrijven.’
Avantium haalde begin dit jaar geld uit de markt. Heeft u nu voldoende middelen om de fabriek te bouwen en het onderzoek voort te zetten, of is meer geld nodig?
‘Het afgelopen jaar is via een onderhandse emissie 28 miljoen opgehaald voor de fabriek die nu wordt gebouwd.
De 45 miljoen van de geplande emissie gaat naar het verder ontwikkelen van de andere technologieën van Avantium, zoals het maken van plantaardig MEG – een andere bouwstof voor PEF, maar die ook voor PET wordt gebruikt – die nu nog uit aardolie wordt gewonnen.
De licenties zijn nodig om op termijn zwarte cijfers te schrijven. De geplande fabriek in Delfzijl is essentieel om partners te overtuigen. Deze fabriek gaat naar verwachting kasstroom-positief worden, maar blijft te klein om de verliezen van Avantium als geheel te compenseren.’
Als u één probleem met een knip van de vinger kan wegnemen, wat zou dat dan zijn?
‘Een betere toegang tot risicodragend kapitaal [het gemakkelijker kunnen uitgeven van nieuwe aandelen tegen een hoge koers, red.]. In de Verenigde Staten hebben collega’s hier meer toegang toe, omdat de Amerikanen meer gewend zijn om iets te kunnen verliezen, als het potentiële rendement maar goed is.’